Vanaf de eerste noot was duidelijk: dit was geen gewone try-out, maar een avond waarop de blues tot leven kwam. Java’s gitaar sprak, zong en huilde, alsof hij rechtstreeks communiceerde met de ziel van de zaal. Zijn beheersing van toon, timing en emotie was ronduit meesterlijk. De blazerssectie gaf de show extra glans, en de ritmesectie hield het geheel strak en swingend.
De vocale bijdragen van Marlon Pichel, Sean Webster en Kat Riggins vormden een gouden trio. Pichel bracht soulvolle warmte, Webster gaf de Britse blues een rauw randje, en Riggins stal harten met haar krachtige, doorleefde stem. Samen brachten ze klassiekers als The Thrill is Gone, Born Under a Bad Sign en Going Down met een energie die het publiek tot de laatste rij beroerde.
Het was een avond van kippenvelmomenten, spontane ovaties en een diepe verbondenheid tussen artiesten en publiek. Kings of the Blues is niet alleen een eerbetoon aan legendes, maar ook een viering van het vakmanschap van Erwin Java zelf—een levende legende die zijn publiek nog altijd weet te raken met elke snaar die hij beroert.
Een try-out? Misschien op papier. Maar in beleving was dit een volwaardige triomf.
| [Back to TOP] |





Geen opmerkingen:
Een reactie posten